De lokale VVD-fractie vindt dat Zoetermeer zich 'actief moet inzetten om pesten zoveel mogelijk te voorkomen en daar waar nodig aan te pakken en daartoe met alle betrokken instanties, scholen, (sport-)verenigingen en hulpverleners afspraken te maken waar dit nog niet is gebeurd'. Aanleiding is een op 14 juni gepubliceerd rapport van de Kinderombudsman.

In de conclusies staat dat de meeste kinderen worden gepest vanwege hun uiterlijk, kleding en/of gedrag. Degene die het meest lijden onder pesten, zijn de kinderen die gepest worden vanwege een combinatie van discriminatiegronden – vooral seksuele gerichtheid en armoede – en uiterlijke kenmerken. Dit gebeurt hoofdzakelijk op school, maar ook in de buurt of online.

Rol gemeenten
De Kinderombudsman beveelt aan dat er een brede domeinoverstijgende aanpak van pesten moet komen en een domeinoverstijgende verantwoordelijke. Gemeenten moeten volgens de Kinderombudsman in deze brede domeinoverstijgende aanpak een centrale rol nemen. VVD Zoetermeer heeft hier schriftelijke vragen over gesteld aan het college.

'Geeft het rapport van de Kinderombudsman aanleiding het beleid en aanpak in Zoetermeer te herzien, aan te vullen en/of te versterken? Zo ja, op welke onderdelen en op welke wijze ziet het college aanleiding dit te doen?' Ook wil de partij weten of er cijfers bekend zijn van pesten onder jeugd in de stad.