HagaZiekenhuis stapt als eerste op Nederlandse Triage Standaard (NTS)

29 September 2025, 15:19 uur
Lokaal
mainImage

Het HagaZiekenhuis gaat als eerste ziekenhuis in de regio de Nederlandse Triage Standaard (NTS) gebruiken bij triage op de Spoedeisende Hulp (SEH). Dit systeem vervangt het huidige Manchester Triage System (MTS).

NTS is speciaal ontwikkeld voor de hele acute zorgketen. Door deze stap gebruikt het HagaZiekenhuis op beide locaties (Den Haag en Zoetermeer) voortaan dezelfde methode als huisartsen en ambulancediensten om de urgentie van zorgvragen te bepalen. Dit zorgt voor een snellere en duidelijkere overdracht tussen zorgverleners en versterkt de samenwerking tussen acute zorgaanbieders.

 
Inschatten zorgbehoefte
Triage is het eerste onderzoek dat een huisarts of SEH-verpleegkundige doet als een patiënt zich meldt met een acute zorgvraag. Door bepaalde vragen te stellen, wordt ingeschat hoe dringend de patiënt zorg nodig heeft. Zo wordt iemand in een levensbedreigende situatie direct geholpen, terwijl iemand met een minder ernstige klacht iets langer kan wachten. De patiënt die dit het hardst nodig heeft krijgt zo als eerste zorg. Ook ambulanceverpleegkundigen gebruiken triage om de ernst van de situatie in te schatten.
 
Dezelfde ‘triagetaal’
Huisartsen en ambulanceverpleegkundigen doen hun triage al langere tijd via de NTS-systematiek. Het HagaZiekenhuis gaat dit op locatie Den Haag en locatie Zoetermeer vanaf 1 oktober 2025 ook doen. Met de overgang van MTS naar NTS wil het ziekenhuis de samenwerking in de acute zorg verbeteren. Door één gemeenschappelijke methode te gebruiken, spreken alle zorgverleners dezelfde ‘triagetaal’. Dit maakt de overdracht van patiënten sneller en duidelijker.
 
Voordelen
In de oude situatie werd de patiënt bij de overdracht van ambulance of huisarts naar de Spoedeisende Hulp opnieuw aan een vragenlijst onderworpen. Dat is straks niet meer nodig. De overgenomen informatie uit de eerste triage geeft direct een goed beeld van de situatie. De SEH-zorgverlener kan hierdoor meteen aan de slag met een behandelplan.
 
Nicole Pera, SEH-verpleegkundige in het HagaZiekenhuis, ziet nog meer voordelen. “NTS beperkt zich niet tot vragen over de klachten, maar neemt ook zaken zoals leeftijd en voorgeschiedenis mee bij de beoordeling. Daardoor kunnen we beter inschatten wie direct zorg nodig heeft. Dat maakt ons werk nog veiliger én overzichtelijker.”
 
Samenwerking in de acute zorg
Het HagaZiekenhuis werkt al langer aan een betere samenwerking in de acute zorg. Zo ontwikkelt het op locatie Zoetermeer samen met EerstelijnsZorg Zoetermeer en Fundis een volledig geïntegreerd centrum voor acute zorg. Huisartsen, SEH-professionals en andere zorgverleners gaan hier vanuit één team en één zorgproces spoedzorg bieden. Het gebruik van één triagesysteem is hiervoor een belangrijke voorwaarde.
 
Huisarts Margreeth Worp-van den Berg uit Zoetermeer is enthousiast over de stap die het ziekenhuis zet: “Het HagaZiekenhuis gaat door de overgang naar NTS op dezelfde wijze triëren als huisartsen. Dat helpt ons nu al om beter samen te werken. Het bespaart zowel de patiënt als de zorgverlener veel tijd, omdat informatie nog maar één keer hoeft te worden uitgevraagd. Dit is een mooie eerste aanzet richting een volledig geïntegreerde manier van werken in het gezamenlijke centrum voor acute zorg!”
 
Ook Haagse zorgverleners zien de voordelen van werken uit één triagesysteem. Arnold van der Meijden, hoofd van de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) Haaglanden: “In Nederland wordt er op meldkamers ambulancezorg met twee verschillende triagesystemen gewerkt. MKA Haaglanden heeft enige jaren geleden gekozen voor NTS, omdat hiermee de beste aansluiting met ketenpartners kon worden gerealiseerd; als je allemaal dezelfde taal spreekt, heb je geen vertaling nodig. Triages kunnen hierdoor snel digitaal aan elkaar overgedragen worden. Dat het HagaZiekenhuis nu ook de overstap naar NTS maakt, komt deze onderlinge connectiviteit ten goede. Dit draagt bij aan een snelle en efficiënte overdracht van triage-informatie. Uiteindelijk komt dit de zorg aan patiënten ten goede.”