De Haagse Rekenkamer is slechts deels tevreden met de manier waarop de gemeente omgaat met de geheimhouding van informatie. Dat blijkt uit het donderdag gepubliceerde rapport ‘Openheid over geheimhouding’ .

De onderzoekers geven aan dat niet altijd goed geheimhouding op informatie wordt gelegd waardoor het risico bestaat dat die informatie 'onbedoeld openbaar wordt'. Ook wijzen zij er op dat de motivering waarom informatie geheim is tekort schiet en is het ook veelal zo dat geheimhouding na verloop van tijd niet wordt opgeheven.

Positief is wel dat wanneer het college geheimhouding op de stukken legt en geheime stukken naar de raad stuurt, de procedures uit de wet goed worden gevolgd en er nauwelijks risico bestaat dat de informatie onbedoeld openbaar wordt. Niet goed gaat het wanneer er geheime stukken naar de raadscommissies worden gestuurd. Dat komt volgens de Rekenkamer omdat de gemeente geen duidelijk onderscheid maakt tussen raadscommissies en de raad als geheel.

De onderzoekers geven aan dat eigenlijk in alle gevallen de procedures moeten gelden wanneer geheime stukken naar de gehele raad worden gestuurd. Een ander probleem is, zo blijkt uit het onderzoek,  dat er aan het eind van besloten raadsvergaderingen en vergaderingen van raadscommissies geen geheimhouding wordt gelegd op wat er in de besloten vergadering is besproken.

Blijkbaar, zo stellen zij, gaat de raad ervan uit dat hierop vanzelf geheimhouding ligt, maar dat is niet het geval. Omdat ook de motivering vaak onbreekt doordat het het college alleen de geldende artikelnummers uit de wet aanhaalt, 'is het voor de raad moeilijk om af te wegen of het belang van geheimhouding zwaarder weegt dan het belang van openbaarheid'.

De Rekenkamer is ook kritisch over het beleid en de uitvoering om geheimhouding weer op te heffen, beide schieten 'tekort'. Volgens de onderzoekers heeft zowel het college als de raad de registratie van geheime stukken niet op orde. De kans is daardoor groot dat een stuk veel langer dan nodig geheim blijft.

Bij de presentatie van het rapport laat het college blijkbaar direct weten het grootste deel van de aanbevelingen over te nemen. Het presidium van de gemeenteraad 'ziet in het rapport aanknopingspunten om in samenwerking met het college het beleid en de procedures rond geheimhouding te stroomlijnen en waar mogelijk te verbeteren'. 

In reactie stelt fractievoorzitter Robert Barker van de SP 'Rekenkamer laat met zijn onderzoek zien dat Den Haag transparanter moet worden. Stukken moeten niet meer zonder motivering tot in de oneindigheid geheim blijven'. Collega Joris Wijsmuller van de HSP stelt 'Geheimhouding van informatie, als dat al nodig is, moet beter gemotiveerd, beter bewaakt en zo kort mogelijk. Goed dat de Rekenkamer dit onderzocht heeft en met aanbevelingen komt. Het is nu aan de raad om door te pakken'.